In de eerste helft van de jaren negentig realiseerden we ons in Nederland dat het grootste deel van ons energiegebruik (ca. 40%) in de gebouwde omgeving wordtingezet. We wisten toen ook dat als je het energiegebruik in deze sector wilt aanpakken er heel veel valt te bereiken.
nr1 feb 2006 Energie+ 31OpinieDoor Teun Bokhoven - voorzitter DE Koepel foto de koepelEnergie (wan)prestatie-soapIn de eerste helft van de jaren negentigrealiseerden we ons in Nederland dathet grootste deel van ons energiegebruik(ca. 40%) in de gebouwde omgeving wordtingezet. We wisten toen ook dat als je hetenergiegebruik in deze sector wilt aanpak-ken er heel veel valt te bereiken. Dat vraagtom effectieve instrumenten voor zowel denieuwbouw als de bestaande gebouwvoor-raad. Op basis van deze overwegingen ont-wikkelden we de Energie Prestatie Norm(EPN) voor de nieuwbouw en enige jarenlater de methodiek rond het Energie Pres-tatie Advies (EPA) voor de bestaandebouw. Daar bleek zo goed over nagedachtdat deze Nederlandse instrumenten alssjabloon hebben gediend voor de Euro-pese Richtlijn inzake de Energie Prestatiesvoor gebouwen, de EPBD. Dat we relatiefgoed werk hadden verricht en dat de ach-terliggende gedachte klopte, bleek wel uithet relatief snelle tempo waarin in Brusselovereenstemming werd bereikt over ditcomplexe onderwerp. Eind 2002 was deEPBD een feit, met invoeringsdatumjanuari 2006.De bedenkers van de EPN en de EPAkunnen trots zijn op het feit dat dezesuccesvolle instrumenten Europese navol-ging kregen. Inmiddels was al gebleken datde consistente EPC-verlagingen leidden totkostenneutrale oplossingen en nieuwe in-novaties op het gebied van energiebespa-ring, energie-efficiency en duurzame ener-gie voor gebouwen, waarbij een innovatievebedrijfstak zich begon te ontwikkelen metaanzienlijke exportpotenties. Daarnaastwerd met het verbeteren van de energie-prestaties tevens het woon- en gebruikcom-fort van woningen en gebouwen sterk ver-beterd. Negatieve leereffecten bleven zeerbeperkt en zijn veelal niet gekoppeld aande EPC, maar aan de installatiepraktijk (enzelfs zo schaars dat de NEPROM in haarlobby tegen de EPC zich nu nog moet be-roepen op incidentele probleemgevallenuit 2002 om haar gelijk te kunnen bewij-zen).Wat is er na 2002 verder gebeurd metdeze goede initiatieven? Op EU-ni-veau gingen nagenoeg alle lidstaten voort-varend aan de slag. Alle lidstaten voerenmomenteel de EPBD in. In sommige lan-den sneller dan in andere. Voor landen waarnog geen enkele energieprestatie regelge-ving was ontwikkeld, mag de invoering watmeer tijd nemen, uiterlijk tot 2009.In Nederland ligt de zaak helemaal an-ders. Sinds 2002 zijn we van initiator eninnovator afgegleden tot back-bencher enhekkensluiter. Een verdere EPC-verlaging isal vanaf 2002 in discussie, waarbij het lijktof telkens nieuwe problemen worden ge-zocht voor geboden oplossingen. Zo waseen kostenneutrale EPC van 0,8 al in 2003mogelijk, maar duurde het tot 2006 om deverlaging werkelijk te bereiken; en nog blij-ken antikrachten het onderwerp telkens opde agenda van de Tweede Kamer te krijgen.Hulde aan de lobbykracht, maar echte argu-menten zijn nog niet gepasseerd, terwijlalle gemeenten in Nederland (uitgezonderdAmsterdam) voorstander zijn van verla-ging.Voor de bestaande bouw is het scenarioniet veel beter gebleken. Hoewel ieder-een vindt dat hier een enorme besparings-winst valt te halen (zelfs NEPROM erkentdit), is deze weg doodgelopen. De effectieveinfrastructuur die in 2000-2003 is opge-bouwd om EPA-adviezen te kunnen uit-brengen is vanaf 2004 effectief ontmanteld,terwijl duidelijk was dat we die infrastruc-tuur in 2006 weer nodig zouden hebben, alof niet in aangepaste vorm. Als klapstukkondigt het kabinet in augustus 2005 aandat het de EPBD niet zal invoeren want hetis te duur.Het is wel een zeer bizarre stap dat Brus-sel nu Nederland via een proceduregaat dwingen uit te voeren wat we zelf heb-ben bedacht. Het is niet uit te leggen tegende achtergrond van de eerdere prestatiesvan Nederland op dit vlak. Maar het is hele-maal niet te plaatsen binnen de context vaneensteedsinstabielereenergievoorzienings-zekerheid (Rusland, Midden Oosten), nietbehaalde klimaatdoelen en enorme ener-gieprijsstijgingen. Van de 40 procent vanhet energiegebruik die we in de gebouwdeomgeving inzetten is nagenoeg alles te her-winnen in een goede mix van duurzameopwekking, energiebesparing en effici?ntgebruik van resterende fossiele inzet. DeTrias Energetica is nog volop actueel. Hetwordt tijd dat de politiek en de bouwsectorzich (weer) bewust worden van de vele kan-sen die dat biedt. ?Het gedrag van Nederland omtrent de EPBD isniet uit te leggen, vindt Teun Bokhoven.
Reacties