De microWKK ofwel HRe-ketel is een van de meest kansrijke opvolgers van de HR-ketel. Die is inmiddels 25 jaar op de Nederlandse markt en heeft vele miljarden kuubs aardgas bespaard. De fabrikanten hebben hem doorontwikkeld tot de standaard in miljoenen huishoudens. Veilig, betrouwbaar, zuinig en comfortabel. De laatste jaren is het rendement van de bereiding van warm tapwater verder verhoogd. Echter, hettoestel zit nu aan het eind van de technische mogelijkheden. Kansrijke opvolgers zijn: de warmtepomp (gas- en elektrisch gedreven), de hybride ketel (HR-ketel + kleine elektrische warmtepomp), de zonneboilercombi en de microWKK.
32 Energie+ nr4 juli 2007MicroWKK lijkt kansrijk in vooral de bestaande bouwOpvolgers HR-ketelstaan in de rijDoor Hans Overdiep (GasTerra) foto Steven van soldtDe microWKK ofwelHRe-ketel is een van demeest kansrijke opvol-gers van de HR-ketel. Dieis inmiddels 25 jaar op deNederlandse markt enheeft vele miljardenkuubs aardgas bespaard.De fabrikanten hebbenhem doorontwikkeld totde standaard in miljoe-nen huishoudens. Veilig,betrouwbaar, zuinig encomfortabel. De laatstejaren is het rendementvan de bereiding vanwarm tapwater verderverhoogd. Echter, hettoestel zit nu aan heteind van de technischemogelijkheden. Kansrijkeopvolgers zijn: de warm-tepomp (gas- en elek-trisch gedreven), de hy-bride ketel (HR-ketel +kleine elektrische warm-tepomp), de zonneboiler-combi en de microWKK.Vooral de interesse voor microWKK is groot. De mogelijkheid om op effici?ntewijze gelijktijdig warmte en elektriciteit op HR-niveau thuis te kunnen opwekken spreektbij meerdere partijen tot de verbeelding. Al in 1995 startte Gasunie onderzoek naar de mo-gelijkheden van microWKK om op termijn de HR-combiketel op te volgen. Na de splitsingvan Gasunie in Gasunie (Transport) en Gasunie Trade & Supply (Handel, nu dus GasTerra)heeft GasTerra deze taak op zich genomen. GasTerra richt zich in de rol van initiator enkatalysator van innovatieve gastoepassingen voornamelijk op het verhogen van de efficiencyen het verlagen van de emissies bij het gebruik van aardgas.VeldtestTot 2004 zijn verschillende microWKK-systemen getest en in woningen geplaatst. De erva-ringen waren zodanig dat het niet zinvol werd geacht een grotere veldtest te doen. In 2004gaven echter de eerste ervaringen met een toestel uit Nieuw Zeeland, de Whispergen mk4,voldoende vertrouwen om met marktpartijen een beperkte veldtest te organiseren. In sa-menwerking met de Stichting Natuur en Milieu en de energiebedrijven zijn in het voorjaarvan 2005 zo'n 50 microWKK's in een veldtest (vooral bij eigen medewerkers van de energie-bedrijven) geplaatst. Deze test loopt tot voorjaar 2007 met als doel: eerste ervaringen op-doen met de productie van elektriciteit in woningen met microWKK, microWKK onder deaandacht brengen en discussies op gang brengen. Bijvoorbeeld discussies over de terugle-vering van elektriciteit aan het net. Het resultaat van de proef met 50 units is positief. Mi-croWKK is relatief eenvoudig te integreren in de Nederlandse woningbouw, elektriciteitthuis met aardgas opwekken is realiseerbaar, discussies rond microWKK zijn op gang ge-bracht.MarktpotentieelIn 2005 riep het Platform Nieuw Gas een werkgroep in het leven voor de transitieroute de-centrale energieopwekking, waaronder microWKK. De werkgroep heeft intussen bepaaldwat het effect is van grootschalige toepassing van microWKK voor wat betreft energiebespa-ring (ca. 15% in de gebouwde omgeving) en CO2-reductie (ca. 20% in de gebouwde omge-nr 4 juli 2007 Energie+ 33ving) indien in 2030 4 miljoen huishoudens een HRe-ketel hebben.In 2006 heeft GasTerra met enkele grotere ketelfabrikanten en fabri-kanten van microWKK-technieken de stichting Smart Power Foun-dation opgericht om gezamenlijk zich te richten op een voorspoedigemarktintroductie van de HRe-ketel. Deze stichting houdt zich onderandere bezig met het inschatten van het marktpotentieel van deHRe-ketel en het signaleren en oplossen van knelpunten voor groot-schalige toepassing en ontwikkelt daarnaast een onafhankelijk keur-merk voor dit nieuwe toestel. Verschillende ketelfabrikanten zijnmomenteel bezig met de ontwikkeling van de HRe-ketel, op diversebeurzen worden prototypes getoond. Nederland staat aan de voor-avond van de eerste grotere veldtesten met de HRe-ketel.In 2007 is de stichting Slim met Gas opgericht. De energieleveran-ciers ENECO Energie, Essent, Nuon en GasTerra willen zich sameninspannen voor de ondersteuning van innovatieve gastoepassingentot aan marktintroductie. Het betreft hier die gastoepassingen dieeen belangrijke bijdrage hebben in het verminderen van het gebruikvan fossiele brandstoffen en de reductie van CO2. De HRe-ketel iseen van die gastoepassingen waarvoor de stichting zich inzet. Zoheeft de stichting verklaard om in de periode 2007-2009 10.000HRe-ketels in verschillende veldtests te willen inzetten. De eerstetoestellen (compacte HRe-combitoestellen) zijn reeds opgehangen.StirlingDe vrij zuinige Stirlingmotor lijkt vooralsnog als microWKK?tech-niek een serieuze kanshebber. Verschillende ketelfabrikanten hebbenhun zinnen hierop gezet. Begrijpelijk omdat deze techniek relatiefeenvoudig is te integreren met hun HR-ketel, als de motor geen on-derhoud kent en met een elektrisch rendement van 15-20 procent(o.w.) al kan zorgen voor aanzienlijke besparingen in vooral de be-staande woningen. Die bestaande bouw moet dan ook gezien wordenals marktsegment voor de HRe-ketel als vervanger van de HR-ketel.De huidige microWKK-technieken lenen zich vanwege de verhoudingwarmte/kracht in eerste instantie niet direct voor de nieuwbouw. Ditmarktsegment kenmerkt zich door een lage warmtevraag (bijv. min-der dan 1.000 m3 gas per jaar voor verwarming en warm water) en dehuidige microWKK's zouden dan te weinig elektriciteit opwekkenvoor een aantrekkelijke terugverdientijd van 5 jaar of minder. Alhoe-wel de HR-combiketel in de nieuwbouw nog het meest toegepasteverwarmingstoestel is, zullen warmtepompen (zowel elektrisch alsgasgedreven) steeds verder in dit marktsegment oprukken.De terugverdientijd van 5 jaar voor de HRe-ketel lijkt in de bestaan-de bouw (met een gasverbruik van 1.500 m3 per jaar of meer) optermijn realiseerbaar bij grote productieaantallen. Toch zijn er ookvoor de nieuwbouw op termijn kansen voor de HRe-ketel. Er vin-den wereldwijd de nodige ontwikkelingen plaats met brandstofcel-len en juist deze microWKK-techniek zou wel eens uitermate goedkunnen passen in de nieuwbouw.Sterke puntenHet grote succespotentieel van de HRe-ketel heeft vooral te makenmet het feit dat het apparaat voor de installateur ?n bewoner/eige-naar nauwelijks afwijkt van de huidige HR-ketel. Het toestel kan opdezelfde plaats hangen en de meest recente prototypes zijn zelfskleiner dan sommige HR-combiketels. Hydraulische aansluitingenzijn hetzelfde als bij de HR-ketel, hetzelfde geldt voor gas en elek-triciteit. Alleen maakt het toestel nu warmte ?n elektriciteit enzorgt bij warmtevraag voor een aanzienlijke energiebesparing enCO2-reductie omdat onder HR-condities elektriciteit wordt gepro-duceerd (met ca. 180 gr/kWh, minder dan de helft van een moderneSTEG). Natuurlijk is het toestel zwaarder dan een moderne HR-combiketel, maar er wordt hard gewerkt aan forse gewichtsverla-ging. Ook het geluidsniveau is bij de prototypes nog net iets te hoog,oplossingen hiervoor zijn in zicht. Op termijn (rond 2013) zal deHRe-combiketel naar verwachting zo'n 1.500 euro duurder zijn dande gangbare HR-combiketel. Deze meerprijs zal bij een gemiddeldewoonsituatie in 5 jaar of minder worden terugverdiend, subsidie indit eerste traject is dus nodig.KnelpuntenVoor de marktintroductie in 2009 zijn er nog knelpunten voorgrootschalige uitrol op te lossen. Er moet nog duidelijkheid komenover de hoogte van de vergoeding van teruglevering aan het net ende mate waarin de overheid de HRe-ketel in de beginfase (2008-2012) wil subsidi?ren. Met de ministeries van EZ en Financi?nwordt hieraan constructief door de verschillende marktpartijen ge-werkt. Sommige partijen zien de afvang van CO2 bij centrales(CCS) als een bedreiging voor de HRe-ketel. Dat hoeft niet: de HRe-ketel kan vanaf 2009 worden uitgerold en direct gaan besparen,zowel fossiele brandstof als CO2. En ??n ding doet CCS niet: bespa-ren van fossiele brandstoffen. Door de daling van het rendementvan de centrale is meer brandstof nodig. Bovendien zal het nog velejaren duren voordat CCS op grote schaal kan worden toegepast enverder zal de prijs van elektriciteit stijgen door CCS, bij de toepas-sing van de HRe-ketel niet. Eerst maar die gasvelden leeg halen,daarna zijn ze mogelijk geschikt voor CO2-opslag, intussen zijn weal 2 of 3 generaties HRe-ketels verder. CCS en de HRe-ketel kunnentrouwens ook goed naast elkaar worden toegepast. De HRe-keteldrukt beslist niet alle centrales er uit, we gaan immers jaarlijkssteeds meer elektriciteit gebruiken. ?
Reacties