Het pas verschenen World Outlook 2006 van de International EnergyAgency (IEA) maakt nog eens duidelijk hoe urgent het is om wereldwijdhet energie- en klimaatbeleid hoog op de agenda te plaatsen. Het IEAprobeert de samenwerking op het gebied van (duurzame) energie tussende industrielanden te bevorderen. Nederland speelt binnen verschillendeonderwerpen al jarenlang een belangrijke rol. Deelname gebeurt vanuitverschillende ministeries. Economische Zaken coördineert de deelnameen heeft dit deels gedelegeerd aan SenterNovem. In dit artikel tweevoorbeelden uit een breder pakket.
nr1 JAN 2007 Energie+ 41NEDERLAND SPEELT BELANGRIJKE ROLIEA: samenwerking bevorderenHet pas verschenen World Outlook 2006 van de International EnergyAgency (IEA) maakt nog eens duidelijk hoe urgent het is om wereldwijdhet energie- en klimaatbeleid hoog op de agenda te plaatsen. Het IEAprobeert de samenwerking op het gebied van (duurzame) energie tussende industrielanden te bevorderen. Nederland speelt binnen verschillendeonderwerpen al jarenlang een belangrijke rol. Deelname gebeurt vanuitverschillende ministeries. Economische Zaken co?rdineert de deelnameen heeft dit deels gedelegeerd aan SenterNovem. In dit artikel tweevoorbeelden uit een breder pakket.Nederland heeft het initiatief genomen omeen nieuwe taak binnen het IEA ImplementingAgreement Bioenergy van de grond te krijgen.Het gaat hierbij om het vergroten van de ener-gieopbrengst uit biomassa door middel vanbiorefinery. Nederland krijgt de rol van Ope-rating Agent, taakleiders zijn Ed de Jong vanWageningen Universiteit en Ren? van Ree vanhet Energieonderzoek Centrum Nederland.Dat biorefinery nu is erkend als een van de ta-ken van dit Implementing Agreement, is medete danken aan de inspanningen van ir. KeesKwant, die vanuit zijn positie bij SenterNovemhet ministerie van EZ vertegenwoordigt in hetUitvoerend Comit? (ExCo).`Voordat je iets der-gelijks voor elkaar hebt moet je wel een zwarediscussie voeren,' vertelt Kwant. `Elk land heeftnamelijk een eigen geschiedenis op het ge-bied van de verschillende technieken. Die cul-tuurverschillen zie je ook bij een andere taak,die we onlangs hebben voorgesteld, namelijkbij taak 40, die zich richt op duurzame handelvan biomassa. In sommige landen is de logis-tiek van belang, terwijl bij andere landen deeconomische handel en efficiency een rol spe-len.' Kwant erkent dat er allang handel op hetgebied van biomassa plaatsvindt, maar het isvolgens hem goed om te onderzoeken of dehandel niet veel duurzamer kan.Nederland doet in de periode 2007-2009 meeaan negen taken binnen het bio-energiepro-gramma van het IEA. Kwant: `We laten ons bijhet bepalen van prioriteiten onder meer leidendoor het EOS-programma (Energie OnderzoekSubsidie). Elke drie jaar staat de deelname aande taken ter discussie. Het programma legdevanaf het begin de nadruk op bosbouw, doorNederland is bijvoorbeeld de behandeling vanafval naar voren geschoven.'Gebouwde omgevingNederland is ook al ruim tien jaar vertegen-woordigd in het Implementing AgreementEnergy Conservation in Buildings and Commu-nity Systems (ECBCS), dat zich richt op verwar-ming, ventilatie, koeling en verlichting voor degebouwde omgeving. Op dit moment zijn 21landen lid, sinds de instelling in 1977 is er in50 werkgroepen onderzoek uitgevoerd. `In deloop van de tijd zijn er wel verschuivingen ge-weest,' vertelt Piet Heijnen van SenterNovem.`Rond 1992 ging de aandacht vooral naar opzichzelf staande studies over ventilatie en naarallerlei aspecten rond installatietechniek. Nuzijn onder meer de ontwikkeling van bouwele-menten en de rol van ICT meer in beeld, die incombinatie (integrale aanpak) moeten leidentot woningen/gebouwen met een zeer laagenergiegebruik (PassiefHuis)'Het meedoen aan een IEA-taak is niet vrijblij-vend, voor elke taak moet een land contributiebetalen. Heijnen vindt de betaalde contributiein veel opzichten goed besteed geld.`De deel-nemende onderzoekers hebben een enormnetwerk tot hun beschikking, waardoor Neder-land een schat aan informatie krijgt. Ook ont-staat afstemming met andere deelnemendelanden, bijvoorbeeld op het gebied van reken-methodiek en bepalingsmethoden. Zo hoef jeniet telkens het wiel opnieuw uit te vinden enhet product heeft aldus een breed internatio-naal draagvlak.'Future Building ForumDit jaar organiseert het ECBCS weer het vier-jaarlijkse Future Building Forum, een congresdat dient om nieuwe onderzoeksvoorstellente genereren die mogelijk een uitwerking krij-gen in nieuwe taken (annexen). Een mogelijkonderwerp op het congres zal zijn om de sy-steembenadering binnen de energieaanpakte benadrukken, iets dat ook al gebeurt bin-nen EOS van SenterNovem. Ook zal Nederlandvoorstellen om emissies van bouwmaterialenop de agenda te plaatsen.Na een periode van minder actieve deelname,is Nederland weer actief in het ECBCS.`Dankzijde mogelijkheden die EOS biedt kunnen wede internationale participatie weer stimuleren,'aldus Heijnen. `Het is mijn grootste wens omde betrokkenheid van ons land bij dit IEA-on-derdeel verder te vergroten.'Door Rijkert Knoppers`Internationaleparticipatiestimuleren'
Reacties