De nieuwe MEP regeling laat op zich wachten. Openstelling van de regeling verwachtminister Maria van der Hoeven (EZ) op z’n vroegst in het voorjaar van 2008, schrijft zij in een brief aan de Tweede Kamer van 17 april 2007.
36 Energie+ nr3 mei 2007De nieuwe MEP regeling laat op zich wach-ten. Openstelling van de regeling verwachtminister Maria van der Hoeven (EZ) op z'nvroegst in het voorjaar van 2008, schrijft zijin een brief aan de Tweede Kamer van17 april 2007.De MEP regeling werd op 18 augustus 2006 voor nieuwesubsidieaanvragen op nul vastgesteld. Een storm van kritiek barst-te los. Kern van de kritiek betrof het ontbreken van een helder enbetrouwbaar beleid dat (markt)partijen voor langere tijd zekerheidbiedt (zie ook de rubriek Brandstof in de editie december 2006 vanEnergie+). In de brief van 17 april lijkt Van der Hoeven daaraan tege-moet te komen: `Een voorwaarde voor innovatie is consistent over-heidsbeleid. Een stabiel en robuust instrument voor de stimuleringvan duurzame energie is essentieel, vooral voor het bieden van in-vesteringszekerheid. Om goed invulling te kunnen geven aan hetcoalitieakkoord en ook ruimte te bieden voor de vanuit de duurzameenergiesector aangedragen idee?n, is aanpassing/verbetering van dehuidige MEP noodzakelijk.' Op basis van ervaringen en vergelijkingmet stimuleringsinstrumenten in Europa (bijvoorbeeld het DuitseEEG systeem) ziet de minister verbetermogelijkheden. Die wordendit voorjaar verder besproken en uitgewerkt met de sector.Tijdpad`Het is van het grootste belang dat de nieuwe MEP zo snel mogelijk,maar wel met de vereiste zorgvuldigheid, tot stand komt,' meldt Vander Hoeven. Maar in het tijdpad dat zij schetst wordt de nieuwe re-geling op z'n vroegst pas in het voorjaar van 2008 opengesteld. Degesprekken met de sector en de vertaling van de idee?n in een aange-past instrumentontwerp wil ze in twee maanden afronden. `Betrok-kenheid van de sector is niet alleen van belang voor het ontwerpenvan een goede en breed gedragen regeling, maar ook om investeer-ders tijdig inzicht te geven in de beleidsplannen,' aldus Van der Hoe-ven. Het vastleggen van het nieuwe instrument in wet- en regelgevingen het doorlopen van de (procedurele) weg naar de vaststelling in deMinisterraad vergt volgens haar zo'n vier maanden. Na behandelingdoor de Ministerraad moet de nieuwe algemene maatregel van be-stuur voor beoordeling naar de Raad van State en voor goedkeuringnaar de EC. Hiervoor staat zes maanden. Tenslotte volgt de voorhang-procedure van een maand. De minister zal de Tweede Kamer in juninader informeren over het beleidsprogramma van dit Kabinet. Dankomt ook de vernieuwde MEP aan bod. `Na behandeling van mijnbeleidsvoornemens in uw Kamer, zal ik deze ook in de richting vanpotenti?le investeerders communiceren.'Nieuwe MEPop lange baanTekst redactie foto tristaVergistinginstallatiesIn haar brief schetst de minister ook de stand van zaken rond deSubsidieregeling opwekken duurzame elektriciteit in vergistingin-stallaties. Die is op de dag van openstelling (19 december 2006)overtekend. Vooraf is vastgesteld dat bij overtekening de subsidie-middelen worden toegekend door loting. Vanwege de motie Croneis dat nog niet gebeurd. Deze motie verzoekt om `...te zoeken naaroplossingen om de ingediende aanvragen te honoreren en daar zo-nodig ten laatste bij de voorjaarsnota op terug te komen.' Over deuitvoering van de motie worden de Kamerleden op dat moment ge-informeerd. Zodra besluitvorming over de motie Crone heeft plaats-gevonden, wordt uitvoering van de regeling opgepakt.Projecten liggen stilDoor het ontbreken van een subsidieregeling ligt nu voor zo'n tweemiljard euro aan nieuwe energieprojecten stil, zegt Dirk Berkhout,directielid van Econcern. `Al onze projecten in Nederland lopen nual ??n tot twee jaar vertraging op. Dan gaat het om investeringen vansamen rond ??n miljard euro. Voor de hele markt zal dat het dub-bele zijn,' meldt Berkhout op nieuwssite Energieportal. Ook Enecosignaleert uitstel van investeringen. Woordvoerder Marc Kombrink:`Bij ons gaat het om tientallen miljoenen. We merken dat geldschie-ters uitwijken naar het buitenland. Dat zal ook op lange termijngevolgen hebben voor de positie van Nederland in deze markt. Eris snel behoefte aan duidelijkheid over de contouren van de nieuweregeling. Ik vrees voor het weglekken van kennis en ervaring uitNederland.' Berkhout roept op tot voortvarendheid. `Een nieuw con-sistent beleid op korte termijn is nodig. Wij roepen niet dat we heelveel geld willen, daar gaat het niet om. Het gaat om een helderestructuur. In Groot-Brittanni? investeren we bijvoorbeeld heel veel,terwijl de subsidies daar niet zo hoog zijn. Maar je krijgt wel primaondersteuning van de overheid.' ?Het geduld van(markt)partijen wordt opde proef gesteld, weetook minister Van derHoeven.nr 3 mei 2007 Energie+ 37`Rampzalig voor bedrijven'Volgens De Jong betreft het vaak klei-ne ondernemingen die veel tijd en geld heb-ben gestoken in ontwikkeling en kennisop-bouw. `Wachten tot mei 2008 brengt werk-gelegenheid en verdere ontwikkeling bijdeze bedrijven in groot gevaar. Tot nu toehebben eigenlijk alleen elektriciteitscentra-les met bijstoken van biomassa en wind-energie steun ontvangen, maar kleinschali-ge biomassa nauwelijks. Kleinschalige enmiddelgrote biomassaprojecten tot 50 MWhebben samen een klein aandeel gehad inde subsidie, maar een groot aandeel in deinvesteringen. Daarmee levert deze catego-rie relatief veel werkgelegenheid en is hetdoor het kapitaalintensieve karakter een sta-biele factor voor de productie van duurzameenergie. Bij gecombineerde productie vangroene warmte en groene stroom leveren zeook een heel hoog energetisch rendement.'De Jong vervolgt: `Wij vragen om de MEP-tarieven tot mei 2008 voor kleinschaligebiomassa weer te brengen op het niveauvoor 18 augustus 2006. Dit moet financieelhaalbaar zijn, omdat binnen de MEP doorde forse daling van de biomassa-bijstook incentrales ruimte in het budget is vrijgeko-men. Omdat MEP alleen kan worden aan-gevraagd als bouw- en milieuvergunningaanwezig zijn en projecten veel voorberei-dingstijd vragen, zal er geen storm van aan-vragen zijn tot mei 2008; het benodigdebudget blijft daarmee te overzien.' VolgensDe Jong past de voorgestelde maatregel bin-nen het coalitieakkoord, dat ruimte wil ge-ven aan kleine ondernemers op het gebiedvan duurzame energie. Verder lost het deernstige stagnatie op bij de overgangsrege-ling voor mestcovergisting in de MEP. ?`Potenti?le investeerders worden ontmoedigd,en voor de bedrijven die ge?nvesteerd hebben inde ontwikkeling van technologie en productenis dit rampzalig,' schrijft ing. Klaas de Jong na-mens een brede groep innovatieve onderne-mers in een brief aan de Tweede Kamer.`Komt coalitieniet slecht uit'`Het lijkt erop dat het de coalitiepartijen niet zo slechtuitkomt dat het nog een jaar duurt eer de opvolgervan de MEP in de Staatscourant staat. In de begro-ting 2007 is geen cent opgenomen voor zo'n regelingen de extra middelen uit het regeerakkoord voor kli-maat- en energiebeleid starten ook pas in 2007,' rea-geert Tweede Kamerlid Paulus Jansen (SP).`Dat betekent tegelijkertijd dat de 20 procent duurzameenergiedoelstelling (nu 3%) in 2020 het eerste jaar van BalkenendeIV vooral neerkomt op: praten over duurzame energie. Zoals minis-ter Cramer voorrekende is voor het halen van de duurzaamheiddoel-stelling een verschuiving van 1,25 procent per jaar nodig. Gebeurt erin het eerste jaar niets, dan moet je in de drie volgende jaren 1,65procent per jaar realiseren om op koers te blijven. Dat lijkt driebruggen te ver als je bedenkt dat we over de eerste 3 procent 15 jaargedaan hebben.'Tijdens het overleg bleek dat de minister toch mogelijkheden zietom enkele maanden voorbereidingstijd te besparen, zodat de nieu-we MEP wellicht per 1 januari 2008 kan starten. Bovendien kunnendan partijen die na 18 augustus 2006 een project gerealiseerd heb-ben dat voldoet aan de nieuwe criteria met terugwerkende kracht inaanmerking komen voor een bijdrage. Jansen vindt dat marginalewinst. `Omdat slechts weinig ondernemers op dit moment zulleninvesteren zolang ze de nieuwe regeling nog niet kennen. Zekerniet nu de kans bestaat dat die regeling niet gebaseerd is op subsi-die, maar op een (oplopend) verplicht aandeel duurzaam voor deelektriciteitsdistributiebedrijven. De SP laat zijn oordeel over denieuwe regeling mede afhangen van de effecten op koopkracht eneconomische concurrentiepositie. In ieder geval lijkt het ons wense-lijk om goed rekening te houden met en zo mogelijk aan te sluitenbij bestaande regelingen in onze grote buurlanden.' ?
Reacties