In december 2006 hebben de Ministers Winsemius van VROM en Wijn van Economische Zaken samen een brief aan de Tweede Kamer gestuurdwaarin de contouren van het beleid worden geschetst om meer energiebesparing in de gebouwde omgeving te realiseren. Extra energiebesparing bij gebouwen,zo stellen de ministers, zou voor een kwart (0,13%) kunnen bijdragen aan de ambitie het nationale energie besparingtempo te verhogen van de huidige 1 procent naar 1,5 procent per jaar (Energierapport 2005). Dit streven sluit nauw aanop recente ontwikkelingen in Europa.
Verplichte energiebesparingdoelstelling energieleveranciers:Wel of geen wittecertificaten?Bijschrift wit28 Energie+ nr1 jan 2007Door Robert Harmsen, Ecofys Nederland Foto ?neas ? bron Bos AtlasIn december 2006 hebbende Ministers Winsemius vanVROM en Wijn van Economi-sche Zaken samen een briefaan de Tweede Kamer ge-stuurd waarin de contourenvan het beleid worden ge-schetst om meer energiebe-sparing in de gebouwde om-geving te realiseren. Extraenergiebesparing bij gebou-wen, zo stellen de ministers,zou voor een kwart (0,13%)kunnen bijdragen aan deambitie het nationaleenergiebesparingtempo teverhogen van de huidige 1procent naar 1,5 procent perjaar (Energierapport 2005).Dit streven sluit nauw aanop recente ontwikkelingenin Europa.Met het in oktober 2006 gepresenteerde Energie Efficiency Actieplan toont ookde Europese Commissie ambitie en geeft een aanzet om tenminste 20 procent extra bespa-ring tot 2020 te realiseren. Per jaar betekent dat 1,5 procent extra besparing bovenop eenveronderstelde 1,8 procent `business as usual' besparing die ofwel autonoom (periodiekevervanging van oud door nieuw), ofwel door structuurverandering (van energie-intensiefnaar energie-extensief), ofwel door al bestaande regelgeving gerealiseerd wordt, zie figuurop pagina 30. Het Energie Efficiency Actieplan is een aanvulling op de Energiediensten Richt-lijn1 van voorjaar 2006 die lidstaten verplicht 9 procent energie te besparen in de periode2008-2016. Dit is ongeveer 1 procent per jaar.GeharmoniseerdBij de beantwoording van de vraag hoe deze extra energiebesparing te realiseren, wordenwitte certificaten nogal eens als middel genoemd. De Europese Commissie lijkt fors in tewillen zetten op dit instrument en gaat in 2008 de mogelijkheden onderzoeken een gehar-moniseerd Europees witte certificatensysteem in te voeren. E?n en ander zal afhangen van1) de ervaringen die enkele lidstaten nu opdoen en 2) de voortgang die men boekt bij hetvinden van een geharmoniseerde rekenmethodiek om energiebesparing uit te rekenen enbesparing door beleid van autonome besparing te onderscheiden. Itali? en Frankrijk zijntwee grote voorstanders. Bij de Europese raad van Energieministers, eind november 2006,pleitten vertegenwoordigers van beide landen tijdens het debat over energiebesparing al vooreen geharmoniseerd Europees witte certificatensysteem.ErvaringDe ervaring met witte certificaten in Europa groeit gestaag. Itali? heeft sinds 1 januari 2005een certificatensysteem, terwijl Frankrijk een jaar later volgde. Vlaanderen, Groot-Brittan-ni? en Denemarken hebben iets vergelijkbaars al eerder ge?ntroduceerd, terwijl ook Polenop dit moment een eigen systeem aan het opzetten is. In het kader van het AID-EE project(zie tekstbox) heeft Ecofys een evaluatie uitgevoerd van het Britse en Vlaamse systeem en deervaringen vergeleken met die in Itali?.nr1 jan 2007 Energie+ 29Groot-Brittanni? Vlaanderen Itali?Verplichte partijGas- en elektriciteit leveranciers >15.000 klantenElektriciteit netbedrijvenGas- en elektriciteit netbedrijven >100.000 klantenDoelgroepHuishoudens (minimaal 50% lageinkomens)Huishoudens (incl. lageinkomens), bedrijven, gemeenten,niet-commerci?le instellingenAlle eindgebruikersVerplichting2002-2005: 62 TWh2005-2008: 130 TWh2003-2005: 1.6 TWh(opgesplitst in jaarlijkseverplichting)2005-2009: 34 TWh(opgesplitst in jaarlijkseverplichting)Handel Alleen bilateraal Geen handel Bilateraal + marktDoorsluizen van surplus besparing Ja Ja JaBoete indien de doelstelling nietwordt gehaaldJa Ja (10 euroct per kWh) JaDoorsluizen van kosten Via leveringstarief Via nettarief Via nettarief (gemaximaliseerd)Berekening besparingDisconteringsmethode over delevensduur van de besparing;correctie voor autonomebesparing en comfort effectenAlleen in rapportagejaargerealiseerde besparing;geen correctie voor autonomebesparing en comfort effectenAlleen besparing gedurendede eerste 5 jaar telt mee;geen correctie voor autonomebesparing en comfort effecten.Het AID-EE projectDe afgelopen twee jaar heeft Ecofys samen met het DuitseWuppertal Instituut, de Univerisiteit van Lund (Zweden)en het Italiaanse Politecnico het AID-EE project (ActiveImplementation of the Directive of End-use Energy Effi-ciency and Energy Services) uitgevoerd. Dit project is on-dersteund door de Europese Commissie in het kader vanhet onderzoekprogramma Intelligent Energy in Europe.Doel van het project is bij te dragen aan een succesvolleimplementatie van de Energiediensten Richtlijn. In hetproject zijn evaluaties uitgevoerd van verschillende typenenergiebesparinginstrumenten in verschillende Europeselanden. Per instrument is gezocht naar factoren die hetsucces of falen van het instrument kunnen verklaren. Ookzijn typische omstandigheden ge?dentificeerd wanneereen bepaald type instrument het beste tot zijn recht komtWitte certificaten in combinatie met een besparingsver-plichting voor marktpartijen lijken bij uitstek geschiktwanneer grote eindgebruikersgroepen, zoals huishou-dens en kleine bedrijven, in het geding zijn die heelmoeizaam met andere besparingsinstrumenten bereiktkunnen worden. Het succes van het instrument wordtbepaald door:1. het ambitieniveau van de verplichting;2. de opzet van het systeem, dat enerzijds simpel moetzijn om transactiekosten zo laag mogelijk te houdenmaar anderzijds voldoende vertrouwen moet hebbendat gerealiseerde besparingen ook daadwerkelijkgerealiseerd en additioneel zijn;3. de hoogte van de boete in relatie tot de kosten voorenergiebesparing;4.de mate van handhaving;5. de liquiditeit van de markt;6.het vermijden van dubbeltelling van besparing (inter-actie met andere instrumenten) en het vermijden vanhet meerdere keren verkopen van hetzelfde certificaat.Meer informatie over het project is te vinden op de web-site: www.aid-ee.org.Hoewel alle drie de systemen op zichzelf succesvol zijn (besparings-doelstellingen worden vooralsnog behaald of zelfs overschreden), zijnde verschillen groot, zie tabel. Vlaanderen en Groot-Brittanni? werkenweliswaar met een verplichting, maar de handel ? toch de crux vanwitte certificaten ? is beperkt of ontbreekt zelfs. In Itali? daarentegenis het aandeel verhandelde certificaten aanzienlijk met een belangrijkerol voor ESCO's (energy service companies). Een belangrijk verschil isook de manier waarop besparingen ingeboekt worden. Deze is funda-menteel anders. De Britten corrigeren (terecht!) voor autonome bespa-ring (besparingen die ook zonder interventie van de energiebedrijvengerealiseerd zou zijn) en comforteffecten (`sinds we een zuinige ketelhebben, stoken we ook de bovenverdieping lekker warm'), terwijl deVlamingen en Italianen dat niet of maar deels lijken te doen.LeveranciersNet als Groot-Brittanni? wil Nederland de verplichting tot energiebe-sparing bij de leveranciers leggen. De omvang van de verplichting isnog niet bekend maar zal ongeveer 1 ? 1,5 TWh per jaar gaan bedra-gen.2 Ondersteunend beleid betreft onder andere de invoering van eenenergieprestatiecertificaat voor gebouwen per 1 januari 2007. Nog nietduidelijk is of Nederland ook zal kiezen voor een systeem van wittecertificaten. Een verplichting kan gecombineerd worden met witte cer-tificaten maar niet noodzakelijk. Wel kunnen witte certificaten handigzijn voor de monitoring en registratie, en ? als de handel van de grondkomt ? als middel om de kosten van de verplichting laag te houden.De uiteindelijke keuze ligt deels in handen van de energiebedrijvenzelf die de komende drie maanden mee mogen denken c.q. met voor-stellen kunnen komen op welke manier de verplichting verder vorm-gegeven wordt. Het besluit hierover wordt in april verwacht. ?Noot van de redactie Energie+ besteedde al eerder ruim aandacht aan hetonderwerp witte certificaten, onder andere in de editie oktober 2005 (toen nogonder de bladtitel Joule) in de rubriek Casus op bladzijde 43. Auteur Cecilia vander Weijden van advocatenkantoor Norton Rose in Amsterdam ging toen in opde situatie in Nederland, Verenigd Koninkrijk, Itali?, Frankrijk en Australi?.30 Energie+ nr 1 jan 20070.6% per jaar door structuurveranderingen0.85% per jaar door autonome besparing0.35% per jaar door eerder beleidPrimair energieverbruik20% extra besparing2005 20201.5% per jaar door Energiediensten Richtlijn+ extra beleid (Actieplan)Wat zijn witte certificaten?Witte certificaten zijn door een onafhanke-lijke instantie afgegeven certificaten waarinde energiebesparing gerealiseerd doormarktdeelnemers wordt vastgelegd. Vaakwordt een systeem van witte certificatengecombineerd met een door de overheidopgelegde verplichting voor de marktdeel-nemers, veelal energieleveranciers of net-bedrijven, om in een bepaalde periode eenbepaalde hoeveelheid energie te besparen,bijvoorbeeld in de gebouwde omgeving. Depraktijk leert dat het realiseren van energie-besparing in de gebouwde omgeving, hetzijbij huishoudens, hetzij in kantoren of an-dere gebouwen zeer lastig is: er wordenandere prioriteiten gesteld, het is `te veelgedoe', er is sprake van kennisgebrek ofsplit incentives (de huurder van een gebouwprofiteert van de lagere energierekening,terwijl de eigenaar vaak de investeerder is).Door de verplichting aan de energiebedrij-ven op te leggen, kan gebruik gemaakt wor-den van het contactennetwerk dat dezebedrijven al met hun klanten hebben. Opdeze manier kunnen besparingen tot standkomen die met andere instrumenten nietgerealiseerd kunnen worden, waarbij welopgemerkt moet worden dat het systeemzich vooral zal focussen op de `makkelijke'maatregelen naar gelang de doelstellingminder ambitieus is. Via onderlinge handelin certificaten kan energiebesparing op demeest kosteneffectieve manier gerealiseerdworden. Hierbij moet wel gezorgd wordenvoor een slimme opzet om transactiekostenzo laag mogelijk te houden.1 Voluit: Richtlijn 2006/32/EG van hetEuropees Parlement en de Raad van 5 april2006 betreffende energie-effici?ntie bijhet eindgebruik en energiediensten.2 Afgeleid van de eerder genoemde 0,13%besparing in de gebouwde omgeving, hethuidige energieverbruik in Nederland datongeveer 3200 PJ (889 TWh) bedraagt ende prognose voor 2020 (+/- 1100 TWh).In Europa is de passiefhuis-technologiereeds goed bekend. In Nederland is ernog geen grootschalige toepassing vandit concept. Het concept leent zich hierechter uitstekend voor. In het boek Pas-siefhuizen in Nederland wordt invullinggegeven aan het passiefhuis-concept enis het mogelijk om nog een stap verder tegaan in energiebesparing.In de rijk ge?llustreerde publicatie overhet passiefhuis-concept staan per themade richtlijnen. Het boek beschrijft deoplossingen en de maatregelen, diekunnen of moeten worden getroffen omte voldoen aan de passiefhuis-criteria.Het boek is een bron van inspiratie voorgemeenten, ontwikkelaars en ontwerpersvan woningen.Hierbij bestel ik ______ exemplaren ? 34,95 van Passiefhuizenin Nederland. Ik betaal via:factuur:Hierbij verzoek ik Uitgeverij ?neas mij een factuur toete zenden voor het bedrag van ______.Dit bedrag is exclusief verzendkosten ( 3,50 per exemplaar).eenmalige machtiging:Hierbij verleen ik een eenmalige machtiging aan Uitgeverij ?neas te Boxtelhet bedrag van ______ af te schrijven van mijn bank-/ girorekeningnummer.Ik ontvang hierbij 3,50 korting op de verzendkosten per exemplaar.Mijn bank-/ girorekeningnummer is: ________________Organisatie:Naam: Voorletters: m / vAdres:Postcode: Plaats:E-mail:Datum: Handtekening:Stuur deze bon naar: Uitgeverij ?neas, Antwoordnummer 16047, 5280 VJ BOXTEL.Faxen kan ook: 0411-650080.BESTELBONPassiefhuizenin NederlandPassiefhuizen inNederland is eenverdieping vanToolkit DuurzameWoningbouwPassiefhuizenin NederlandToolkitduurzame woningbouwvoor ontwikkelaars, gemeenten en ontwerpers2eeditie
Reacties